1959. De jonge Marie-Madeleine komt in dienst bij een merkwaardige, oude vrouw die met haar gestaalde karakter zelfs de meest toegewijde werknemers afschrikt. Het is niemand minder dan Alexandra David-Néel, de ontdekkingsreizigster, filosofe en schrijfster die in 1924 de eerste westerse vrouw werd die tot Lhasa, het hart van het verboden Tibet, doordrong. In een vreselijke rommelzooi van souvenirs van veertien jaar in Azië wordt Marie-Madeleine ondergedompeld in het bijzondere leven van de beroemde avonturierster, van haar bekering tot het boeddhisme tot haar ontmoeting met de dalai lama ...
Aantal | Prijs |
---|