Een schip nadert het land van Kolchis, waarschijnlijk dwazen, maar zeker veroordeelden. Het zijn de vier neven van Medea, die door hun grootvader ter dood zijn veroordeeld, maar nu terugkeren met een heel bemanning, en niet zomaar een: De Argonauten, geleid door Jason van Iolchos. Hij wil de Gouden Vlies. De koning amuseert zich ermee. Als Jason erin slaagt een van de stieren die rond de schat zwerven te temmen, zal hij krijgen wat hij vraagt. Als hij faalt, zullen zijn metgezellen worden opgeofferd. Natuurlijk moet hij eerst onthullen waar hij zijn schip heeft aangemeerd. Calciopée vreest voor haar kinderen, en terecht, want Aiétès zal zijn woord niet houden: hij is al eerder gefaald om van zijn kleinzonen af te komen en is niet van plan een tweede kans te laten liggen. De heks komt in actie.
| Aantal | Prijs |
|---|
